Mariska Vossen - docent Curio entree in Breda

Blog: "Deze studenten komen in eerste instantie voor jou naar school"

Waarom kiest iemand voor een baan in het beroepsonderwijs? Als docent, instructeur of juist in een ondersteunende rol? Waar komt die passie vandaan? En wat leren zij zelf? We maken kennis met verschillende medewerkers van Curio. Ze geven ons een beeld van hun baan, hun ambities en de geluksmomenten die het werk hun oplevert. Zoals Mariska Vossen. Zij is docent op Curio entree aan de Beemd 10 in Breda. 

Uitsluitend docent zijn, is niet de ambitie van Mariska Vossen (31). Daarom zit ze bij Curio entree prima op haar plek. “Hier ben ik docent, pedagogisch medewerker en hulpverlener in één. Onze doelgroepen bestaan niet uit de gemiddelde studenten. Onze studenten zijn óf anderstaligen óf jongeren bij wie het op een reguliere school niet wil lukken. En als ik dan juist hen met een diploma de school uit zie lopen, geeft me dat zoveel voldoening.”  

Daarnaast vindt Mariska het erg fijn dat ze naast het lesgeven ook nog een aantal teamtaken heeft. “Bijvoorbeeld examinering in het team regelen of het onderwijs vormgeven. Dat vind ik heel leuk om te doen én ik kan me er volop mee ontwikkelen.”  

Voldoende aandacht voor de problemen 

De docenten bij Curio entree proberen hun studenten zoveel mogelijk op maat les te geven. “Ze zitten in kleinere klassen, zodat we ook voldoende aandacht kunnen geven aan de problemen die ze hebben. Traumatische ervaringen, gedrag en een instabiele thuisomgeving kunnen er bijvoorbeeld voor zorgen dat het sommige jongeren niet lukt op een andere school. Anderstaligen hebben weer andere behoeften: de Nederlandse taal en cultuur leren en praktijkervaring opdoen.” 

‘Op maat’ zorgen dat ze een beroepsopleiding halen 

Het allerbelangrijkste bij deze jongeren is dat je als docent een warme band met hen opbouwt. “Deze studenten komen in eerste instantie voor jou naar school. Omdat ze hun verhaal bij jou kwijt kunnen, je oprecht blij bent dat ze hun best doen en jij je best doet om het goede in hen te zien.” Mariska ontkent in alle toonaarden dat deze jongeren ‘zwaar’ zijn voor docenten. “Het is leuker dan je denkt. Ik krijg alle ruimte om voor elke student het goede te doen. Om ‘op maat’ te zorgen dat ze een beroepsopleiding halen. Ons team zit niet in een strak keurslijf. Het kwalificatiedossier is niet heel groot. Je kunt dus veel lessen ook naar eigen inzicht inrichten, samen met je collega’s.” 

De meesten gedijen goed bij het lopen van stage 

De studenten gaan drie dagen per week naar school, de andere twee dagen lopen ze stage. “De meesten gedijen daar goed bij. Dankzij de stage leren ze ook heel veel over gewenst gedrag. In de klas kun je ze daar weer op aanspreken.” Voor anderstaligen komen er bij de stage soms cultuurbepaalde problemen naar boven. “In onze cultuur is het bijvoorbeeld not done om te laat te komen op je werk. In sommige andere culturen gaat familie altijd voor. Dus als een student met zijn ouders mee moet naar de dokter als tolk, dan heeft die taak prioriteit. Stage en school zijn dan van ondergeschikt belang. Die cultuurverschillen overbruggen, is een mooi aspect van mijn vak.” 

De studenten zelf in actie laten komen 

Wat Mariska drijft? “Mensen verder helpen. Me verdiepen in iemand die het ergens anders niet redt. En er samen met diegene voor zorgen dat hij zijn diploma wel haalt, al kan hij niet honderd procent van de tijd op school zijn. Dat echte menselijke maatwerk, dat doet het hem voor mij. En ik word helemaal blij als ik het voor elkaar krijg dat de studenten zelf in actie komen om resultaat te halen. Laatst kwam een student naar me toe die ik de dag ervoor had gewaarschuwd dat hij zijn stage niet zou gaan halen. Hij zei: ‘Ik heb een idee bedacht. Als ik zo en zo mijn stage aanpak, dan red ik het wel.’ Dat je dat bij iemand kunt losmaken vind ik echt fantastisch.” 

Een student te laat in de les? Liever te laat, dan helemaal nie

Natuurlijk lukt dat niet van vandaag op morgen. “Bij deze doelgroepen moet je jezelf openstellen. Als jij veel deelt over jouw eigen leven, gaan ze ook veel over zichzelf vertellen. En ik probeer veel van hen te onthouden. Gaat een student naar Gambia om haar oma te zien, dan vraag ik bij terugkomst meteen hoe het met haar oma was. Als een student te laat in de les komt, word ik niet altijd boos. Fijn dat je er bent, zeg ik dan vaak. Ik ken de achtergrond van mijn studenten. En voor sommigen is het al een hele prestatie om naar school te gaan. Liever te laat, dan helemaal niet.” 

Het talent meer aanspreken met praktijklessen 

Ambities heeft Mariska nog genoeg. “Bij mij staat de leerling altijd centraal, bij alles. Ik zou meer praktijkIessen in het programma willen. Om het talent van deze studenten op een andere manier aan te spreken. Via kunst, zang, theater of sport bijvoorbeeld. Het is mijn doel om dit op de kaart te zetten. Je krijgt volop ruimte om nieuwe ideeën uit te werken. Dat maakt werken bij Curio voor mij extra leuk.” Mariska vindt Curio entree in Breda een warm bad, zowel qua studenten als docenten. “Ik zou zeggen: loop eens een dag mee. Dan kun je dat zelf ervaren.”